De rechtszaak die Wim Hof en zijn vier oudste kinderen aanspanden tegen de Volkskrant heeft geen rectificatie opgeleverd. De rechtbank in Amsterdam heeft geoordeeld dat de krant zorgvuldig te werk is gegaan bij het publiceren van het omstreden artikel over vermeend huiselijk geweld. Ondanks de ontkenning van Hof en zijn kinderen, hoeft de Volkskrant de beschuldigingen niet terug te nemen.
Publicatie over mishandeling leidde tot juridische stappen
In september publiceerde de Volkskrant een uitgebreid artikel waarin Wim Hof wordt beschuldigd van langdurige mishandeling van zijn ex-partner, hun zoon en haar twee andere kinderen. De krant baseerde zich op meerdere bronnen, waaronder interviews, medische rapporten, een rapport van de Raad voor de Kinderbescherming, gerechtelijke vonnissen en een aangifte. Volgens Hof zijn de beschuldigingen vals en had de Volkskrant nooit mogen publiceren op basis van deze informatie. Hij beschuldigde de krant van smaad en laster.
Wims broer als centrale bron
Een van de belangrijkste bronnen voor het Volkskrant-artikel was de broer van Wim Hof, tegen wie Wim eerder zelf aangifte heeft gedaan. Volgens Hof is zijn broer onbetrouwbaar en handelt hij uit persoonlijke motieven. Wim stelt dat de krant zijn waarschuwingen hierover genegeerd heeft. Bovendien zouden volgens hem bronnen die zijn kant van het verhaal ondersteunen zijn weggelaten of slechts zijdelings genoemd, wat volgens Hof leidde tot een eenzijdig beeld.
Rechter erkent gevoeligheid, maar kiest voor persvrijheid
De rechtbank stelt dat de Volkskrant met de publicatie handelde binnen de grenzen van de journalistieke vrijheid. De krant fungeerde volgens de rechter als boodschapper van de beschuldigingen en gaf ook ruimte aan andere meningen. Daarmee werd het journalistieke evenwicht voldoende bewaakt. De rechter noemt de informatie “gevoelig”, maar benadrukt dat het maatschappelijk belang om te publiceren over huiselijk geweld zwaarder weegt dan het belang van privacy van Hof en zijn familie.
Geen rectificatie of schadevergoeding
Wim Hof en zijn kinderen hadden naast een rectificatie ook een schadevergoeding geëist. Zij voelden zich ernstig geschaad in hun eer en goede naam. De rechtbank wees echter ook deze eis af. Er zou geen sprake zijn van onzorgvuldige berichtgeving die rectificatie of compensatie zou rechtvaardigen. Daarmee komt de zaak voorlopig tot een einde, al is het nog niet duidelijk of Hof in hoger beroep zal gaan.
Reactie van Wim Hof
Na de uitspraak liet Wim weten teleurgesteld te zijn. Volgens hem had de Volkskrant bewust gekozen om de meest schadelijke elementen uit de verklaringen van zijn broer op te nemen, terwijl andere perspectieven nauwelijks aandacht kregen. “Bronnen die de beschuldigingen tegenspraken of een compleet ander beeld schetsen, zijn weggelaten of slechts kort vermeld, wat heeft bijgedragen aan een eenzijdige weergave,” aldus Hof.
Volkskrant voelt zich gesterkt in aanpak
De Volkskrant laat in een verklaring weten blij te zijn met de uitspraak. De redactie benadrukt dat het artikel zorgvuldig tot stand is gekomen, met hoor en wederhoor, en dat de belangen van alle betrokkenen zijn meegewogen. De krant blijft bij het standpunt dat het publiceren over vermeend huiselijk geweld, zeker bij publieke figuren als Wim Hof, in het belang van de samenleving is.
Persvrijheid versus persoonlijke reputatie
Deze zaak toont de spanningslijn tussen persvrijheid en bescherming van de persoonlijke levenssfeer. Waar Hof en zijn kinderen zich geschaad voelen, ziet de rechtbank voldoende waarborgen in het journalistieke werk van de Volkskrant. Daarmee krijgt de vrijheid van de pers opnieuw voorrang, zelfs in een gevoelig dossier als dit. Of de juridische strijd hiermee voorbij is, valt nog te bezien.