Mark Gillis leeft sinds november 2021 met diepe littekens, zowel lichamelijk als geestelijk. De brute overval op zijn woning heeft hem veranderd. Als zoon van ondernemer Peter Gillis werd hij doelwit van een gewelddadige aanval die hem voorgoed anders naar de wereld doet kijken. Angst is een constante metgezel geworden, en het vertrouwen dat ooit vanzelfsprekend was, is verdwenen.
Altijd alert, zelfs in eigen huis
Sinds de overval is niets meer hetzelfde. Je merkt aan alles dat Mark zich nooit meer volledig veilig voelt. Hij vertelt dat hij regelmatig meerdere rondjes om zijn huis rijdt voordat hij durft uit te stappen. Op onbekende locaties kiest hij steevast een plek met zicht op de uitgangen en houdt hij zijn rug tegen de muur. Zijn dagelijkse routine draait nu om controle: deuren checken, alarmen activeren, risico’s inschatten.
“Een mens hoort zonder angst te kunnen leven, die vrijheid is mij afgenomen,” zegt hij in het Algemeen Dagblad. Het is een quote die binnenkomt, omdat het niet alleen over angst gaat, maar over het verlies van basisveiligheid.
Fysiek geweld met diepe gevolgen
Tijdens de overval werd Mark niet alleen overvallen, maar ook zwaar mishandeld. Hij werd getaserd, geschopt, geslagen en meegesleurd naar een chalet. Daar werd hij op brute wijze beroofd. De daders lieten hem achter met verwondingen, maar de echte schade zit dieper. De gebeurtenis leeft elke dag opnieuw in zijn hoofd. Zelfs jaren later bepaalt de herinnering zijn gedrag, zijn gemoedstoestand en zijn vertrouwen in de medemens.
Hoger beroep levert hogere straf op
Afgelopen dinsdag vond het hoger beroep plaats tegen een van de drie daders. De rechter besloot de straf niet te verlagen, maar juist te verhogen. Dat besluit gaf Mark deels het gevoel dat gerechtigheid toch nog bestaat. Tegelijkertijd verandert het weinig aan zijn realiteit. De littekens blijven.
Voor jou als buitenstaander is het misschien lastig voor te stellen hoe ingrijpend zo’n ervaring is. Maar de manier waarop Mark het beschrijft – tot in de kleinste details van zijn dagelijkse routine – maakt duidelijk dat hij voorgoed anders leeft.
Nieuwe tegenwind: aangifte tegen Mark
Alsof de nasleep van de overval nog niet genoeg was, kwam daar in april van dit jaar een nieuwe klap bij. De gemeente Valkenburg deed aangifte tegen Mark wegens mogelijke valsheid in geschrifte. Het gaat om documenten die hij zou hebben ingediend tijdens een Bibob-procedure voor de overname van een camping in 2022.
Mark ontkent opzettelijke misleiding. Hij geeft aan dat hij bij het invullen van de papieren hulp kreeg van een adviseur. “Ik heb dyslexie,” zegt hij in het Eindhovens Dagblad. Daardoor zou hij nooit bewust verkeerde informatie hebben verstrekt. Zijn advocaat weigert voorlopig inhoudelijk op de zaak in te gaan.
Van slachtoffer naar verdachte
Je ziet hier een pijnlijke verschuiving. Iemand die slachtoffer werd van extreem geweld, wordt korte tijd later zelf onderwerp van een strafrechtelijk onderzoek. Of de aangifte gegrond is of niet, de timing raakt Mark hard. Het doet opnieuw een beroep op zijn draagkracht. Voor iemand die al leeft met constante alertheid en wantrouwen, voelt dit als opnieuw een aanval.
De tol van publieke bekendheid
Mark is niet alleen slachtoffer, maar ook publiek figuur. Alles wat hij doet wordt onder een vergrootglas gelegd. Je kunt je voorstellen hoe zwaar dat drukt, zeker in combinatie met psychisch herstel. Zijn naam, zijn familie en zijn zakenrelaties staan voortdurend in de belangstelling. Dat maakt het moeilijk om op adem te komen of een nieuw hoofdstuk te beginnen.
Leven met angst als dagelijkse realiteit
Wat begon als een brute roofoverval, is inmiddels uitgegroeid tot een complex levensverhaal van trauma, herstel en publieke druk. Voor Mark is er geen weg terug naar onbezorgdheid. Hij leert leven met de schade, probeert overeind te blijven in een wereld waarin vertrouwen kostbaar en broos is geworden.
Zijn verhaal laat zien hoe diep de gevolgen van geweld kunnen reiken, zelfs wanneer de rechtszaak achter je ligt. Het trauma blijft. En je merkt: het echte gevecht begint pas nadat de sirenes zijn verdwenen.