Een fatbike op het verkeersexamen
De dag van het praktijkexamen breekt aan en de fietsen ondergaan een inspectie. Liza, Noa en Mitchell doorstaan de controle zonder problemen. Patricia daagt op met haar elektrische fiets – jawel, in groep 7! – en krijgt groen licht om mee te doen aan het examen, mits op de laagste ondersteuning. Dan arriveert Levi op zijn fatbike, een fiets die niet direct aan ‘normaal’ doet denken. De commissie beslist: met deze fiets mag hij niet deelnemen. Tot grote ontzetting van Levi’s ouders die verontwaardigd de school binnenstormen, roepend over discriminatie omdat hun zoon niet mag meedoen met zijn unieke fiets.
Leerlingen in groep 7 zijn doorgaans 10 tot 12 jaar oud. Moeten zij op deze leeftijd al rijden op zulke speciale fietsen? De situatie rond Levi’s fatbike zet de kwestie in een scherp daglicht. Natuurlijk, er zijn kinderen die vanwege gezondheidsredenen een aangepaste fiets nodig hebben. Gelukkig kunnen zij met ondersteuning toch fietsen. Maar de fitte kinderen die je fluitend en zonder enige moeite voorbijzoeven op het fietspad?
Ook de zithouding van sommige jonge fietsers roept vragen op. Misschien is de traditionele fiets toch beter voor hun gezondheid – om nog maar te zwijgen over toekomstige zorgkosten.
Zijn we te toegeeflijk geworden of is dit gewoon de nieuwe norm? Het debat ligt open en Levi’s fatbike is slechts één facet van een grotere discussie over opvoeding en mobiliteit. Wat vind jij? Moeten we vasthouden aan traditionele manieren of is het tijd om ons aan te passen aan de nieuwe generatie? Jouw mening telt – deel het met ons. Bron: De Stentor
